Op 16 juli aanstaande begint de ultieme stresstest voor de stad Nijmegen. De honderdste Vierdaagse van Nijmegen telt een recordaantal deelnemers: vijftigduizend. De Vierdaagsefeesten gaan vermoedelijk alle records breken en meer dan anderhalf miljoen bezoekers naar de stad trekken. Kortom: de stad barst in die week uit zijn voegen. Toch zijn er veel mensen die ‘gewoon’ moeten werken, ondanks alle beperkingen die de grootste wandelmars ter wereld en het grootste vrij toegankelijke evenement van Nederland aan Nijmegen opleggen. Hoe doen de bikkels van de post, de meldkamer 112, de vuilnisophaaldienst en de busdiensten in die knotsgekke week hun werk?
„Terwijl in een gemiddelde week overdag drie centralisten zestien ambulances aansturen, richt tijdens de Vierdaagse één centralist zich volledig op het gebied van de mars.” Aan het woord is Mark de Laat, leidinggevende van de Meldkamer Ambulance van de Regionale Ambulance Voorziening in Gelderland–Zuid. Op beeldschermen voor zich zien de centralisten waar de ambulances zich bevinden en hoe de chauffeurs zich op aansturing van de centralist verplaatsen. „Langs de Via Gladiola positioneren we zes ambulances, zodat we overal snel kunnen komen. Gelukkig gaat de busbaan onder de Via Gladiola door, dat helpt.” Zorgelijk bij eerdere Vierdaagsemarsen was dat hulpvragers niet konden aangeven waar ze zich bevonden, waardoor het een hele klus was om hun positie te bepalen. De Laat hoopt dat het lukt om vóór de Vierdaagse een nieuw systeem in te voeren, dat de positie van de ambulance nog sneller en preciezer aangeeft. „Gemiddeld zijn er tien tot twintig extra meldingen tijdens de Vierdaagse boven op de ongeveer 150 ritten die de ambulancedienst dagelijks heeft. Doordat de meldingen echter vaak tegelijk in korte tijd binnenkomen, vraagt dit opperste concentratie van de centralisten.” In 2006, het jaar waarin de Vierdaagse voortijdig werd beëindigd, was er een uitschieter van vijftig extra meldingen. De meeste meldingen vinden plaats op dagen met hoge temperaturen, op dinsdag rond het eind van de middag en tijdens de drukke vrijdag. „De grote uitdaging voor mijn team en alle 112-diensten is om tijdens de Vierdaagse net zo snel hulp te bieden als tijdens gewone dagen. Ik ben er trots op dat mijn mensen dit dankzij de extra maatregelen steeds weer lukt.”
(MM)
De rasechte Nijmeegse Jolanda Berendsen houdt met ‘haar mannen’ de gemeente Nijmegen schoon, óók tijdens de Vierdaagse. Om zes uur ’s ochtends begint ze, als enige vrouw in de groep, aan de schoonmaakactie en vier uur later ziet de stad er weer pico bello uit. Het is zwaar werk. „Ik loop tijdens de Nijmeegse Vierdaagse mijn eigen Vierdaagse door de stad”, grapt ze. De echte liep ze zelf vier keer uit. Tijdens haar route zijn er veel dronken feestlieden die graag een rondje meerijden in haar voertuig, met de schoonmaakspuitslang willen sproeien of een vuilniszak in de wagen willen gooien. „Dan vraag ik of ze ook een paar handschoenen aan willen doen. Het zijn lollige mensen, hoor.” Berendsen werkt nu al vier jaar met plezier bij de Dar, nadat ze zevenentwintig jaar heeft gewerkt als beveiliger. „De hoogtepunten zijn toch wel de vele complimenten als ‘Je bent top bezig!’ en het werken in een team met vijftig à zestig mannen.” Dat de opgewekte Berendsen de Vierdaagse als een feestje beschouwt, komt wellicht door haar goede voorbereiding. „Ik ga voor de Vierdaagse altijd op vakantie, dan kan ik er daarna tegenaan. De Vierdaagse is een tandje harder werken, maar ik geniet ervan.” De stad is vuiler dan normaal. „Hoe meer zon, hoe meer afval!”, constateert ze. „Vooral de wildplassers maken er een plakzooi van.” Tijdens de Vierdaagse worden er extra wagens, roze containers voor restafval, oranje containers voor plastic en grote knapzakken ingezet en dat levert tonnen afval op. „Er blijft altijd werk liggen en ik help waar ik kan. Dan belt mijn chef en zegt bijvoorbeeld: ‘Jolanda, rijd even naar het station, want daar zijn de knapzakken helemaal vol!”
(KS)
De onderlinge sfeer is gezellig in de kantine van Breng bij het busstation. De buschauffeurs, ‘liever niet met naam in de krant’, zijn positief over het werken tijdens de Vierdaagse. „Het is veel drukker dan in een normale week, maar de meeste passagiers zijn vrolijk en uitgelaten.” Wandelaars en bezoekers die uit de Randstad komen, geven de buschauffeurs complimenten over hun vriendelijkheid en servicegerichtheid. Er werken tijdens die week veel meer chauffeurs dan anders. Zij worden extra ingehuurd en komen uit het hele land. „Die hebben het wel zwaarder, omdat ze de weg niet kennen.” Chauffeurs die in Nijmegen bekend zijn, rijden makkelijker een alternatieve route. Normaal zijn er in het weekend enkele nachtlijnen, maar in de Vierdaagseweek zijn er diverse lijnen die de streek rondom Nijmegen aandoen. „Dan kom ik om vijf uur bij de camping om mensen op te halen en begroeten ze me met: goedemorgen chauffeur. Ik ben dan al de hele nacht in touw geweest.” De feestvierders hebben ‘s nachts nog weleens een glaasje te veel op en proberen soms gratis te reizen. Bij de opstappunten van de lijnen hebben de chauffeurs steun van buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s). Ernstige vernielingen in de bus komen eigenlijk niet voor. Een van de chauffeurs vertelt: „Tot voor een paar jaar geleden werden de passagiers op Plein 1944 door een buschauffeur met megafoon op ludieke wijze naar de juiste bus toe geleid. Dat ging met veel amusement gepaard. Het is wel jammer dat er nu meer bezuinigd wordt. Zo hebben we ook geen Vierdaagsevlaggetjes meer op de bussen.” Gerard van Dijk, de logistieke man tijdens de Vierdaagse: „De meeste lijnen blijven wel rijden, hoewel er wel wat haltes uitvallen. De passagiers hebben er echter alle begrip voor dat we niet overal kunnen komen en er af en toe vertragingen optreden.” Het draaiboek voor deze honderdste editie heeft hij natuurlijk al klaar.
(BK)
Gedurende de Vierdaagse doet PostNL in Nijmegen haar werk volgens dezelfde systematiek, maar in een ander tempo en met een andere tijdsindeling. „Als de wandelaars door mijn gebied trekken, moet ik zorgen dat ik ze voor ben”, aldus postbode Pim, ‘liever geen achternaam’. Dit komt dus neer op eerder de wekker zetten. En de route van buiten kennen, vooral die van het in het VBG-Nijmegen gelegen stuk. VBG staat voor VoorBereidingsGebied. Ook het postvoorsorteercentrum in Nieuwegein houdt rekening met de afwijkende roosters in Nijmegen. De voorgesorteerde post wordt eerder bij de postbodes in Nijmegen bezorgd dan tijdens een gewone week. „Dat rooster zelf kent op zich geen noemenswaardige wijzigingen, op een belangrijk aspect na: je begint gewoon vroeger.” Voorbeeld: het sorteren en voorbereiden plus bezorgen van de post op de vrijdag in Nijmegen begint zo’n twee tot drie uur eerder, namelijk al om negen uur. Hetzelfde geldt voor de dagen waarop de wandelmars door kernen als Lent, Beuningen en Groesbeek trekt. „Vergelijk het met een wielrenner die uit het peloton demarreert en met tien minuten voorsprong de wedstrijd wint.” Tijdwinst is het toverwoord deze dagen. Zo vroeg mogelijk beginnen, zo efficiënt mogelijk het rooster opstellen wie wat doet en waar bezorgt hij of zij de te bestellen wijken. En: de bestelbusjes die naar de diverse depots rijden waar de post heen moet, zo goed en zo kwaad als het kan laten rijden, voordat men het parcours afsluit om de duizenden lopers hun mars te laten lopen. Pim: „De meute voorblijven, da’s de kunst die week!”
(PvG)
tekst: Pim van Ginneken, Erik Janssen, Bernadette Kral, Mariët Mensink, Kim Saris
foto’s: Jan Lintsen, Rianne van der Waals